Naam van Willem Sluiter licht nog lang op bij kerstliederen

op .

Scan 20241116k

Ook via kerstliederen komt aan het licht, dat het werk van dichter Willem Sluiter langer heeft nageklonken dan begin deze eeuw werd gedacht. In 1979 verscheen nog het bundeltje Komt laat ons met de herders gaan, met enkele ‘gereformeerde’ kerstliederen uit de 17e en de 18e eeuw. De titel is ontleend aan een Sluiterlied en voorop prijkt één van de bekende negen prenten van Jan Luyken uit Sluiterbundels.

Over het genoemde kerstlied stond een verhaal in een artikel van streekschrijver Hendrik Odink (1889-1973) uit Eibergen, dat op 24 december 1935 werd gepubliceerd in christelijk-historisch dagblad De Nederlander. Hij sloot zijn stuk, onder de titel De aankondiging van het kerstfeest in den Achterhoek, af met het vertellen over de kerstgroet die de koster in Eibergen eens bracht op kerstavond. Eibergenaren zongen aansluitend op straat in groepjes Sluiterliederen. Vooral geliefd bij hen was het lied Komt laat ons met de herders gaan.

Weerklank in de harten

Nog uitvoeriger ging Odink in op dit oude gebruik met het artikel De Kerstzang bij onze Achterhoekse dichter Willem Sluiter, op 24 december 1957 in Twentsch dagblad Tubantia. Bij Sluiters lied op de ‘Blijde geboorte van Christus’ tekende Odink aan: “Zijn lied heeft niet de bekoring van de middeleeuwse Kerstleysen, noch de schoonheid, die we vinden bij Vondel, al heeft hij ze ongetwijfeld beide gekend, zijn geestelijke horizon was wijder dan de boerengemeente daar aan de grens van het vaderland. (…) Dit neemt niet weg dat we, wat Sluiter aangaat, zijn liederen niet enkel vrome rijmen mogen noemen; dikwijls treft hij door eenvoud en naïviteit, die weerklank vonden in de harten van zijn volk.”

‘Geslaagde volksliederen’

In de ogen van Odink mochten veel van Sluiters gedichten “zeer zeker tot de goed geslaagde volksliederen gerekend worden”: “want meer dan twee eeuwen zijn die zangen hier in het land van de Nedersaksen, waar ook hij geboren was, niet alleen gelezen en herlezen, maar ook en wel vooral gezongen. Wat Sluiter dichtte en zong, roerde en bewoog ook zijn volk, waarmee hij was opgegroeid, temidden waarvan hij leefde en werkte — en sprak ook nadat hij gestorven was.”

Op grond hiervan begreep Odink ook hoe het mogelijk was, dat tot diep in de 19e eeuw (1861) burgers van Eibergen, nadat de koster zijn groet van de “heilige Kerstavond” had gebracht, de straat op gingen om onder de open hemel Sluiters bekende kerstlied te zingen. Hij vermeldde er nog bij dat het gezongen kon worden op de wijs van Psalm 100 of Psalm 134 en liet er drie verzen (1, 6 en 17, van de in totaal 18) ter afsluiting van afdrukken. In vers 17 liet hij (of de krant) de regels 2 en 3 wisselen van plek.

Schermopname 5803a   Schermopname 5804a

Willem Sluiters kerstlied met melodie in zijn eerste bundel: Psalmen, Lof-Sangen, ende Geestelike Liedekens, uit 1661.

Weinig kerstliederen van toen

In het bundeltje uit 1979 met gereformeerde kerstliederen van een paar eeuwen geleden zijn drie liederen opgenomen van Sluiter, naast die van Johannes d’ Outrein, Henrik Uilenbroek (twee liederen) , Carolus Tuinman (twee liederen), Jodocus van Lodenstein, Wilhelmus Schortinghuis (vier liederen) , Johannes Cloeck, Simon Simonides, Johan Verschuir en David Montanus. Samensteller Ad Ros noemde het in deze uitgave van Uitgeverij Kool in Veenendaal opvallend, dat in de talloze bundels met liederen uit de 17e en 18e eeuw bijna geen kerstliederen voorkomen. Hij had ook een verklaring: “Kerstliederen stonden min of meer in een kwade reuk vanwege hun roomse oorsprong en daardoor vaak zoet-devote, onschriftuurlijke inhoud.”

Van de wel nagelaten kerstliederen van enkele predikant-dichters, van wie de namen in de kring van de samensteller een vertrouwde klank hadden, beleefden de meeste slechts een kortstondige bloei. Wat nog wel voldoende kleur en geur had uit dit welhaast verdorde boeket bundelde hij. Van Sluiter nam hij als eerste lied op: Lofzang over de verlossing door Christus’ komst in de wereld (prijkte op 25 december 2021 eveneens op de site Christelijke citaten: https://christelijke-citaten.nl/lofzang-over-de-verlossing-door-christus-komst-in-de-wereld). Verder: Van Christus’ heilzame en blijde geboorte (uit Gezangen van Heilige en Godtvruchtige stoffe van Sluiter op 20 december 2007 opnieuw gepubliceerd in De Saambinder, kerkelijk weekblad van de Gereformeerde Gemeenten). En als derde lied: Heilige bedenking over de nederige geboorte van Christus te Bethlehem. De beginregel van laatstgenoemd lied, afkomstig uit Sluiters Psalmen, Lof-Sangen, ende Geestelike Liedekens, vormt de titel van het 66 pagina’s tellende boekje. Ros lichtte er bij toe, dat Sluiter zich aan de hand van het Bijbelse verhaal al mediterend heeft ingeleefd in de armelijke omstandigheden van de kerstnacht.

Arend J. Heideman (kerstkind, geboren op Tweede Kerstdag)           Gelselaar, 21 december 2024

In het laatste vers (17), dat bij Odinks verhaal in Twentsch dagblad Tubantia werd gepubliceerd in 1957 zijn de regels 2 en 3 verwisseld van plek.