Gedicht Aad Eerland: Willem Sluiter en zijn leeuwerikslied
Prent op het titelblad van Vreugt- en liefde-sangen van Willem Sluiter.
Werk van dichter en dominee Willem Sluiter (1627-1673) en de schrijver Hendrik Willem Heuvel (1864-1926) is op zaterdag 8 september 2018 weer samengebracht, in een cultureel festijn bij boerderijmuseum De Lebbenbrugge in Borculo. Op initiatief van de studiegroep Hendrik Willem Heuvel. Het inspireerde Aad Eerland tot het gedicht Willem Sluiter en zijn leeuwerikslied.
Willem Sluiter en zijn leeuwerikslied
Als door een scherp gepunte stift
is uw hemels leeuwerikslied
in mijn jeugdgeheugen gegrift.
Loop ik door onze geboortestreek,
ik zing het lied soms zacht voor mij
uit – niet verdwenen al uw verzen
in de nevel van het verleden.
Hoe doodeenvoudig leefde u als
plattelandspredikant én poëet
in stille afzondering – tijdens
hevige winters als een kluizenaar
in zijn kluis. Aan de keukentafel
schreef u bezield uw geestelijke
liederen en poëzie – rijmwoorden
onvermijdelijk gevonden. Een vonk
kan de mens in zichzelf ontsteken
door uw opwekkende gezangen
te zingen – waarachtig vrij worden,
op aarde al in de hemel verkeren.
Voortdurend mét de levenden waar
u thuishoorde, blijft u – ooit dichtte u
voor dit oude land de vreugdenaam
Achterhoek. Door onze Achterhoek
wandel ik. Boven weiden en akkers,
vol regenwormtunneltjes, is uit
zijn slordige bouwsel op de grond
uiterst welluidend een leeuwerik
omhooggestegen. Aanhoudend turen
mijn ogen naar de zingende stip
in de zachtblauwe hemel. Hangt
aan die stip de eeuwigheid?
Aad Eerland