Rijmpje in Sluiters handschrift uit 1669 ontdekt

kopie Heuvel Bornius - kopie

Een eeuw nadat H.W. Heuvel er over publiceerde komt in Willem Sluiters eigen handschrift een rijmpje uit 1669 van deze dichter aan het licht. Eén van de vele vruchten van het project Willem Sluiter en 350 jaar Achterhoek. Willem Sluiter (1627-1673) schreef het vanuit Eibergen, waar hij dominee was, voor Elisabet Bornius. In het familiearchief van een van zijn verre nazaten is het de afgelopen week ontdekt. Het stond voorin het bundeltje Lof der Heilige Maria uit 1669. Met deze lofzang keerde Sluiter zich tegen de aantijging dat protestanten Maria niet meer zouden eren. Heuvel liet in 1919 zijn boekje over Sluiter verschijnen en sloot dat op merkwaardige wijze af met het rijmpje (onder links). Hij meldde erbij dat er in 1879 in de Navorscher over was gepubliceerd. Via internet is dit tijdschrift met de lange ondertitel “EEN MIDDEL TOT GEDACHTEWISSELING EN LETTERKUNDIG VERKEER TUSSCHEN ALLEN DIE IETS WETEN, IETS TE VRAGEN HEBBEN, OF IETS KUNNEN OPLOSSEN” nog te raadplegen (zie onder rechts) . Ook het nummer waar Heuvel naar verwees. En nu is dus ook het origineel beschikbaar (zie foto boven), waaronder de dichter niet zijn handtekening plaatste, maar een bekend anagram (met de letters van zijn naam) van hem: HEER, SUS LUST MY U’ WILL’. Nu moet nog worden achterhaald wie de door Sluiter aangeschrevene was.

slotpagina Heuvelboekje - kopie     Schermopname 641