Gedicht voor Willem Sluiter in Needse uitkijktoren
De dichter Willem Sluiter (1627-1673) krijgt met poëzie op het hoogste punt in zijn geboorteplaats Neede een passend eerbetoon. Een modern leeuwerik-gedicht van Sander Grootendorst uit Zutphen prijkt binnenkort voor dit doel bovenin de uitkijktoren op de Needse Berg. Het is tevens een roep om de terugkeer van deze bedreigde vogel, die ook hier eens jubelend opsteeg. De VVV Neede voorziet zo de in mei geopende natuurobservatiepost van een extra attractie.
Directe aanleiding voor het nu laten aanbrengen van een gedicht in de uitkijktoren in Neede is het project Willem Sluiter en 350 jaar Achterhoek. Sluiter publiceerde in 1668 in een lang gedicht zijn bekendste regels: Waer iemant duisent vreugden soek,/Mijn vreugt is in dees’ achter-hoek. Sluiters werk, waarin de geest van de Moderne Devotie doorklinkt, was een paar eeuwen zeer populair. Hij hief een lofzang aan op het eenvoudige buitenleven.
Natuurkenner Grootendorst
Dichter, journalist en natuurkenner Sander Grootendorst schreef zijn gedicht ‘Luister Sluiter Leeuwerik’ vijf jaar geleden. Hij droeg het in 2013 voor in de Grote Sint Michaëlskerk in Zwolle. Bij de onthulling van een plaquette ter herinnering aan Willem Sluiter, die hier is begraven.
Sluiter dichtte het lied ‘Op het zingen van den Leeuw’rik’. Aan de hand hiervan kreeg hij drie eeuwen na zijn aantreden als dominee in Eibergen, in 1953, ook herwaardering als dichter. Van taal- en letterkundige dr. Klaas Heeroma (1909-1972; ook bekend als dichter, onder de naam Muus Jacobse). Hij wees erop hoe Sluiter zich hierin tekende “in zijn vreugde over de vrije natuur, zijn zangdrift en zijn hemelverlangen”. Grootendorst liet zich ook inspireren door Sluiters lied en nam er vier regels uit over. Zijn slotregels luiden:
Kijk, en luister: dat is hem toch?
Hoor hem zingen, zie hem zweven
boven Sluiters Buyten-Leven.
De leeuwerik: hij is er nog.
Drijvende kracht achter het aanbrengen van Grootendorsts poëtische verwijzing was VVV-voorzitter en vogelliefhebber Mans Koster. Hij zag na zijn komst in de jaren zestig naar Neede op de Needse Berg vaak nog leeuweriken jubelend opstijgen. En Koster hoopt net als Grootendorst dat de leeuwerik weer terugkeert boven de velden van de Achterhoek.
Het gedicht van Grootendorst hangt vanaf woensdag 8 augustus (dan wordt het onthuld) met een korte toelichting in witte letters op een groen paneel en met een portret van Sluiter tegenover de hoogste tredes van de Needse uitkijkoren. Op een in het oog springende plek. Wie het hoogste punt van Neede bereikt, krijgt oude en nieuw leeuwerik-poëzie cadeau.
Dichtregels van Sluiter over Neede zijn niet bekend. Wel is er een lofdicht met de plaatsnaam bij Sluiters Buiten-leven van Everhardus Beckink, die hier van 1667 tot 1670 predikant was:
Ik ben ’t met Sluiter eens, ‘k ben wel te vrede:
Ik schep mijn adem graeg in d’ open lught te Nede.